De eerste zinnen uit Avonturen van de dappere ridster: “Als baby was ze al anders. Ze keek zó helder en onverschrokken uit haar ogen dat sommige bezoekers terugdeinsden als ze zich over haar wieg bogen. Ze kwam al op voor de zwakkeren voor ze kon praten.”
Krijg nou roest!
Ooit al van een ridster gehoord? Een stoere ridster op een stalen ros, met harnas, zwaard én GSM? Neen? Dan is het hoog tijd om in dit heerlijke boek kennis te maken met ‘de dappere ridster’: avontuurlijk, eigenzinnig en onbevreesd. De dappere ridster fietst vol vaart en plezier doorheen de 11 verhalen in dit boek. Heldhaftig brengt ze een ontsnapte leeuw terug naar de dierentuin, vindt een gestolen schilderij, vat een handtasdief, zet een loslopend standbeeld terug op z’n sokkel… En ze deinst er niet voor terug om af en toe pittige taal te gebruiken. Krijg nou roest!
Met bruisende taal, grappige wendingen, verfrissende personages en weerkerende uitspraken van de ridster tovert Janneke Schotveld een modern sprookjesboek uit haar hoed. Zoals het een echt sprookje betaamt, eindigt elk verhaal met eenzelfde zin: ‘Ze steeg weer op de fiets en ging op pad. Want een ridster heeft altijd wat te doen’. Het prikkelt de goesting om in het volgende avontuur van deze heldin te duiken. Milja Praagman zorgde voor de uitstekende illustraties die perfect bij de verhalen aansluiten.
Een verademing in jeugdboekenland
Het boek zit boordevol diversiteit en gaat in tegen stereotypen: een vrouwelijke ridder, een homoseksuele bakker, een prins met een andere huidskleur, een angstige man…. Een verademing in jeugdboekenland!
Op zoek naar een grappig (voorlees)boek met een knipoog? Dan is ‘de dappere ridster’ exact wat je zoekt!
“‘Opzij, opzij! Maak plaats voor mij!’ De ridster racete tussen de wegspringende mensen door en vlak voor het einde van de steeg kwam ze met piepende remmen tot stilstand en blokkeerde ze de rennende boefjes. Ze hief haar zwaard en vlamde met haar ogen. Het meisje vloekte een lelijke vloek. De ridster vloekte een nog véél lelijkere vloek en tufte op de grond. ‘Meekomen jullie of ik spiets je aan mijn zwaard.'” (p. 40)
Voorlezen vanaf 6 jaar. Zelf lezen vanaf 9 jaar.