De eerste zinnen uit De lange weg van Slak: “Slak woont in zichzelf en in zijn gedachten. Slak denkt traag. En traag zoekt hij zijn weg. Zijn weg loopt door het bos. Het grote, groene bos. Zijn vader kneep hem altijd in de wangen en zei: ‘Wie traag gaat, vliegt niet uit de bocht.'”
Van een mooie eerste zin gesproken! ‘Slak woont in zichzelf en in zijn gedachten.’ In die gedachten weerklinkt de wijze raad van zijn vader en moeder, die hij – een tikkeltje zwaarmoedig – met zich meedraagt. De duizendpoot en de mier moedigen hem aan om zich wat meer los te laten en om eens uit zichzelf te breken. Maar hoe doe je dat, vraagt Slak zich af. En doet dat geen pijn? Op een dag vindt hij een veilig huisje, dat hem beschermt tegen de vogel. Wanneer Slak ik het huisje zit, rolt het van de helling af en gaat Slak onverwacht ‘uit de bocht”. Van dat zigzag rollen en bollen gaat zijn staart kriebelen en gaat hij hard lachen.
Meer voelen, minder denken
Wat een symboliek zit er in dit dromerige boek. Niet toevallig begint Slak’s avontuur net wanneer hij veilig in zijn huisje zit. Door een duwtje in de rug, gaat hij aan het rollen. Het is in dat veilige huisje dat hij kan ervaren dat ‘uit jezelf breken’ ook fijn kan zijn.
Tot jezelf komen, gaat niet in één keer. Het is best een lange weg om te leren loslaten wat je evident vond en om nieuwe horizonten te ontdekken. De titel De lange weg van Slak is dan ook heel toepasselijk en mooi gevonden.
Het is ook net wanneer Slak minder nadenkt (en dus minder in zijn gedachten woont) dat hij minder recht(lijnig) denkt en dat hij ruimte krijgt om te voelen. Om te ervaren dat eens van het rechte pad afwijken reuzeleuk voelt, dat ‘loskomen’ voor vrijheid zorgt en dat zig en zag ook kan. Het zou zo een Bond Zonder Naam spreuk kunnen zijn: meer voelen, minder denken!
Figuurlijk én letterlijk
Het figuurlijke taalgebruik krijgt een letterlijke bijklank en ook dat maakt dit verhaal tot een rijk verhaal. Uit de bocht gaan, het dak moet eraf, helemaal loskomen, uit jezelf breken, je hoofd breken… Het zijn figuurlijke uitspraken die je in het verhaal ook min of meer letterlijk ziet gebeuren.
Bijzonder kleurenspel
Het kleurenspel in het boek is zeer bijzonder. De beginpagina’s werden in zwart, wit en grijstinten geïllustreerd. Enkel de duizendpoot en de mieren krijgen kleur: blauw en oranje. Wanneer Slak uit de bocht vliegt, spatten rode en oranje kleuren van de pagina. Op de laatste dubbele bladzijde pronkt een prachtig warm bruin-rood-oranje vergezicht met mier die uitkijkt over een verstrekkend landschap met daarop een lange weg kronkelende slakkensporen. De illustraties van Eleni Debo bieden een echte meerwaarde aan het verhaal.
De vormgeving is dynamisch. Soms moet je de pagina’s kantelen, soms staat de tekst schuin of in een lange sliert (zoals op de duizendpoot) en soms worden de letters groot.
Een slijmerig spoor
Vanaf de voorkaft, over alle pagina’s (behalve die met de vogel), tot de achterflap voel je als lezer of kijker een slijmspoor op de pagina’s liggen. Het spoor begint bij de titel en verbindt alle letters en woorden met elkaar, gaat dan over rotsen, omhoog en omlaag. Wanneer Slak door de lucht zweeft, druipen de slijmspetters in het rond. Een boek met een slakkenspoor op elke pagina; als dat niet origineel is!
Met opgroeiende kinderen in huis sluit het thema heel hard aan bij onze leefwereld. En hoewel ik mezelf soms betrap op cliché uitspraken als ‘Doe maar gewoon’ en ‘ Denk goed na’ wens ik het mijn kinderen zo hard toe om ‘onder de kerkentoren’ uit te komen en om de wereld te ontdekken.
Voorlezen vanaf 6 jaar.
Rekening houdend met de gelaagdheid in het boek, zou ik dit boek eerder aanraden voor oudere kinderen en ook voor volwassenen.
Dankjewel Uitgeverij Pelckmans om Slak mijn brievenbus binnen te laten glijden!