De eerste zinnen uit Misjka: “Het was de eerste avond in ons eigen huis. Mijn drie grote broers zater door elkaar heen te praten en ik bekeek het etensbord op de tafel voor me, ik bekeek het grote raam en de muren. Soms ben ik een beetje langzaam, denk ik, want nu pas drong het echt tot me door: we mochten blijven. We hoefden niet terug naar ons land. We hadden eindelijk een keuken die alleen voor osn was, we hadden eigen slaapkamers, een eigen douche, een eigen wc en zelfs een tuin. Maar ontbrak er niet iets? Ik zette mijn vork rechtop, klemde mijn vuist eromheen, wachtte tot het even stil werd en zei toen: ‘Bij een huis hoort een huisdier. Dat vind ik.”
Edward van de Vendel en Anoush Elman schreven in 2008 het indrukwekkende boek De gelukvinder: het levensverhaal van Anoush die met zijn gezin vluchtte van Afghanistan naar Nederland. De twee bleven contact houden en toen er een schattig, wit dwergkonijntje, Misjka, in het gezin van Anoush kwam, was er nog een verhaal dat verteld moest worden. Roya, de zus van Anoush en de andere gezinsleden zijn gek op het konijntje. Roya vertelt Misjka alles wat ze nog weet over de vlucht uit haar land. Maar op een dag is Misjka verdwenen…
Aaien maakt alle angsten stuk
In zijn gedichtenbundel Superguppie is alles (2014) schreef Edward van de Vendel het gedicht Aaien over een konijntje. ‘Aaien maakt alle angsten stuk,’ schreef hij als laatste zin van het gedicht. Het is alsof hij toen al wist dat deze zin perfect zou aansluiten bij een warm verhaal over troost en verwerking dat nog geschreven moest worden.
Roya, haar broers en Misjka veroveren je hart
De schrijvers slagen erin heftige onderwerpen (oorlog, vluchten, racisme) in een ontroerend en aaibaar verhaal te gieten. In warme, poëtische taal wordt het moedige maar verdrietige verhaal van het gezin verteld. De prachtige op hout geschilderde illustraties van Annet Schaap versterken de vertedering. Zij kreeg hiervoor een Zilveren Penseel 2023. Misjka won de Gouden Griffel 2023 en de Boon 2023.
“Ik lag op mijn bed en Misjka lag op mijn buik. Ik had de deur goed dichtgedaan, want nu moest MIsjka mij leren kennen. ‘Hoi,’ zei ik tegen hem. ‘Ik ben Roya en ik ben negen. Ik ben geboren in Afghanistan. We hadden een huis in de hoofdstad, met rozen in de tuin en duiven op het dak, maar ik weet er niet zoveel meer van.'” (p.13)
Voor lezers vanaf 8 jaar.